
Jongeren klikken eerder op frauduleuze linkjes van online oplichters dan ouderen, zo blijkt uit onderzoek. Zij schatten vormen van online oplichting vaker dan senioren in als betrouwbaar. „Jongeren hebben vaak minder geduld.”
Dat blijkt uit een onderzoek van de Rijksoverheid onder ruim 1800 Nederlanders, uitgevoerd door Verian. Nederlanders van 55 jaar en ouder blijken veel minder snel op linkjes van online oplichters te klikken dan jongere leeftijdsgroepen.
Nederlanders van 16 tot en 34 jaar vallen daar juist relatief vaker voor. Zij zien uitingen van online oplichting, van gemanipuleerde e-mails tot video’s en tekstberichten, sneller als betrouwbaar.
Waren jongeren niet juist digitaal beter onderlegd? Klopt, zegt de bij het onderzoek betrokken ethisch hacker Yusuf Onay. „Ze denken daarom dat ze heel veel weten over technologie, maar hebben geen zicht op de beveiliging achter de apps die ze gebruiken.”
„Ze zitten veel op socialemediaplatforms zoals Snapchat en TikTok, waar ook veel oplichters actief zijn. Daar barst het van de malafide reclames, met beloftes die te mooi klinken om waar te zijn. Jongeren zijn dat als normaler gaan zien en trappen er daardoor sneller in.” Wat ook meespeelt, volgens de ethisch hacker: jongeren hebben vaak minder geduld om verkopers te controleren.
„Malafide hackers spelen daar op in door te melden dat een product bijvoorbeeld nog maar korte tijd beschikbaar is. Zo creëren ze een fear of missing out, waardoor jongeren sneller geneigd zijn impulsief te handelen.”
Slechts 6 procent herkent oplichting
Oudere internetgebruikers hebben meer levenservaring, verklaart Onay. „Ze hebben meer meegemaakt, dus ook op het gebied van online oplichting. Daar leer je van.”
Toch krijgt heel Nederland een dikke onvoldoende. Slechts 6 procent van alle Nederlanders herkent online oplichting in alle gevallen. Maar liefst negen op de tien Nederlanders blijken vormen van online oplichting niet altijd te herkennen.
„Schrikbarend”, noemt Onay dit. „Dit betekent dat de kans heel groot is dat mensen opgelicht zullen worden.” Toch verbaast het hem niet, want hij ziet het vaak in zijn werk voorbijkomen. Afgelopen jaar waren dan ook 2,4 miljoen Nederlanders slachtoffer van online criminaliteit, meldde het CBS eerder dit jaar.
Nieuwe technologie
Desalniettemin denkt de helft van de Nederlanders heel goed te zijn in het herkennen van online oplichting, volgens het Verian-onderzoek. Ruim vier op de tien Nederlanders blijkt het eigen inschattingsvermogen echter te overschatten. Een groep deelnemers kregen een aantal gemanipuleerde online uitingen te zien: een e-mail, een sms-bericht, een WhatsAppbericht, een webshop en een AI-video.
De grootste moeite blijken Nederlanders te hebben met het herkennen van webshops en AI-video’s.
Het zijn dan ook nieuwe technologische ontwikkelingen, zoals AI-video’s, die de meeste mensen zorgen baren. Ruim zeven op de tien Nederlanders verwacht dat ze door dit soort technieken online oplichting moeilijker zullen herkennen.
„Denk ook aan AI-stemmen”, zegt Onay. „Oplichters bevinden zich vaak in het buitenland en spreken geen Nederlands. Ze bellen je op met een gegenereerde AI-stem om je persoonlijke gegevens te stelen.”
Verkeerd gespelde websites
Als oplichters je gegevens hebben en kunnen inloggen op je mail of sociale media, is het hek van de dam, weet Onay. „Ze kunnen je chanteren, of vanuit jouw naam je familie en vrienden oplichten. Als een bericht van jou afkomstig is, zullen bekenden er sneller intrappen.”
Toch, hoe goed je online fraude ook denkt te herkennen, oplichters vinden altijd een manier om je om de tuin te leiden. Zo waarschuwt Onay voor bewust gemaakte spelfouten in namen van websites. „Aanvallers registreren websites die bijna identiek zijn aan bekende websites, maar met kleine fouten erin. Denk aan Micosoft.com in plaats van Microsoft.com.”