Remco Evenepoel reist pas kort voor het WK tijdrijden af naar Rwanda. Zijn trainer Koen Pelgrim verdedigt deze keuze en benadrukt dat de timing bewust is afgestemd op praktische en sportieve overwegingen. De strategie roept vragen op, maar wordt door het team als doordacht beschouwd.

Evenepoel arriveert op donderdagavond in Kigali, slechts drie dagen voor de tijdrit. Volgens Pelgrim is dat geen probleem. “Het is een rechtstreekse vlucht, overdag, en er is geen tijdsverschil”, klinkt het in Het Laatste Nieuws.

Daarmee wijst hij erop dat de impact op het bioritme van de renner minimaal is. De trainer benadrukt dat de reis slechts één dag zonder training betekent, wat volgens hem geen nadelige invloed heeft op de voorbereiding.

Weinig voordeel

Pelgrim stelt dat een eerdere aankomst weinig extra voordeel zou opleveren. “Ik zie geen voordeel om veel vroeger te vertrekken,” verklaart hij. De focus ligt op efficiëntie: een korte aanpassingstijd gecombineerd met gerichte verkenning van het parcours moet volstaan.

Hoewel de voorbereiding ter plaatse beperkt is, acht Pelgrim dat geen belemmering. “Als hij daar één of twee goeie verkenningen kan doen, moet Remco klaar zijn voor de tijdrit,” aldus Pelgrim. De nadruk ligt op kwaliteit boven kwantiteit in de voorbereiding.

Deze aanpak wijkt af van de gangbare praktijk waarbij renners vaak ruim op voorhand afreizen om te acclimatiseren. Toch is Pelgrim overtuigd van de effectiviteit van deze methode, mede door de afwezigheid van jetlag en het beperkte tijdverlies.

Kritiek

De timing van de reis roept bij sommigen twijfels op. Een late aankomst kan risico’s met zich meebrengen, zoals logistieke complicaties of onvoldoende parcourskennis. In het verleden is gebleken dat grondige verkenning cruciaal kan zijn voor succes in een tijdrit. Toch lijkt het team van Evenepoel bewust te kiezen voor een minimalistische benadering.