
De nacht van 6 mei zal Gunther Neefs nooit meer vergeten. Wat als een gewone toiletbezoek begon, eindigde in een medische noodsituatie die zijn leven volledig op zijn kop zette. De zanger vertelt nu hoe dicht hij bij een fatale afloop stond en welke confronterende beelden hem nog altijd bijblijven.
“Ik viel uit bed. Ik kon niet meer rechtstaan”
Gunther vertelt dat hij midden in de nacht wakker werd en merkte dat zijn lichaam hem in de steek liet. “Om drie uur moest ik naar het toilet, maar viel eruit”, zegt hij aan Het Nieuwsblad. Zijn linkerkant werkte niet meer. “Ik kon niet meer rechtstaan, alleen nog krampachtig het deken naar mij toetrekken.” Hij riep zijn vrouw Tanja en vroeg haar hun zoon Niel te bellen. Maar Tanja zag meteen dat het ernstiger was. Zijn mond hing scheef, zijn coördinatie was weg. Zij besloot onmiddellijk een ambulance te bellen, ondanks zijn tegenstribbelen.
“Ik wilde geen ambulance. Belachelijk, teveel gedoe”
Gunther geeft toe dat hij de situatie totaal verkeerd inschatte. “Ik wilde geen ambulance voor de deur. Belachelijk, teveel gedoe.” Hij was bij bewustzijn en dacht dat het wel meeviel. “Misschien was het meer een appelflauwte.” Maar Tanja hield voet bij stuk — een beslissing die zijn leven redde. In het ziekenhuis ontdekten artsen dat er een scheurtje in zijn halsslagader was ontstaan. Daardoor was een bloedklonter richting zijn hersenen geschoten. “Als Tanja die nacht geen ambulance gebeld had, was ik er nu niet meer geweest.”
Een ingreep die alles veranderde
In het UZ Antwerpen voerden artsen onmiddellijk een delicate ingreep uit. “Ze hebben met een sonde, via mijn lies, die bloedklonter weggenomen uit mijn hersenen.” Gunther was wakker tijdens de procedure en maakte alles bewust mee. Hij vertelt dat hij enorm veel respect kreeg voor het medische team dat hem behandelde. Hun snelheid en precisie maakten het verschil tussen herstel en tragedie.
De confronterende realiteit rondom hem
Wat hem het meest is bijgebleven, gebeurde niet tijdens de ingreep maar erna, op de afdeling. “Op mijn afdeling lagen allemaal mensen die een beroerte hadden gekregen.” Gunther zag van dichtbij wat hij maar nipt was ontsnapt. “Ik heb er gezien die het niet overleefd hebben, die niet meer uit een rolstoel komen of die niet meer kunnen spreken.” Dat beeld achtervolgt hem tot vandaag. Het maakte hem diep dankbaar dat hij zijn spraak, mobiliteit en toekomst nog heeft.
Dankbaarheid als nieuwe dagelijkse realiteit
Sinds die nacht kijkt Gunther anders naar het leven. De dankbaarheid voor Tanja, voor de artsen en voor de kans die hij kreeg, is groot. Zijn herstel voelt voor hem als een tweede kans — eentje waarvan hij zeer goed beseft dat niet iedereen die krijgt.