Remco Evenepoel sloot zijn periode bij Soudal Quick-Step zaterdag af met nog maar eens een tweede plaats achter Tadej Pogacar. In de Ronde van Lombardije reed de Sloveen opnieuw iedereen uit het wiel, maar de Belg kon er al bij al goed mee lachen. “Misschien moet ik Pogacar eens vragen om volgend jaar of over twee jaar te stoppen,” grapte hij na afloop.

“Als Pogacar in een andere competitie reed…”

Net als op het WK en het EK was Evenepoel ook in Lombardije de enige die Pogacar nog even kon volgen toen die zijn aanval plaatste. “Het ging heel snel toen Pogacar aanging,” vertelde hij bij Sporza. “Ik was de enige die nog aanstalten maakte, de rest zat op zijn limiet. Het was gewoon het verhaal van de voorbije weken: als het tempo hoog ligt, kan Pogacar nog een tikkeltje versnellen. De rest moet zijn eigen ding doen.”

Toch klonk de Belgische kampioen eerder ontspannen dan gefrustreerd. “Uiteindelijk ben ik weer tweede, maar ik ben blij over de manier waarop ik dat gedaan heb.”

En dan, met zijn typische glimlach: “Als Pogacar in een andere competitie had gereden, had ik een nog mooiere erelijst. Misschien moet ik hem eens vragen om volgend jaar of over twee jaar te stoppen,” lachte hij.

“In de winter werken we verder om dichterbij te komen”

De grap maakte tegelijk duidelijk dat Evenepoel blijft geloven in groei. “Het is alleen maar een mooie motivatie om naar zijn niveau toe te werken. Ik ben er de voorbije weken altijd voor blijven vechten. Dat gaan we meenemen, en komende winter gaan we eraan werken om dichter bij hem te komen.”

De Ronde van Lombardije was zijn laatste koers in het shirt van The Wolfpack. Na zeven seizoenen neemt hij afscheid van Patrick Lefevere en co. Volgend jaar trekt hij naar Red Bull–BORA-hansgrohe.