Het wielerseizoen 2025 was er opnieuw één waarin Tadej Pogačar de wielerwereld domineerde. Twintig zeges, drie monumenten, twee klassiekers, de Tourzege én twee internationale titels: de Sloveen blijft de maatstaf voor zijn generatie. Waar andere toppers pieken en dalen kennen, blijft Pogacar opvallend constant presteren. Wat maakt hem zo goed? Paul Van Den Bosch, een van de bekendste wielercoaches van België, geeft uitleg.

iningsvermogen dan anderen

De sleutel ligt volgens Van Den Bosch bij zijn belastbaarheid. “Het prestatieniveau van een renner wordt bepaald door hoeveel trainingsbelasting hij aankan zonder te kraken. Iedereen traint tegenwoordig hard, maar wie kan dat volhouden zonder in te storten? Pogacar is daarin een uitzondering. Hij kan bijna elke training afwerken met een veel hogere intensiteit dan anderen. Waar anderen blokken nodig hebben, blijft hij doorgaan.”

Dat betekent niet dat hij nooit rustig traint, maar zelfs die rustige dagen zijn relatief zwaar. “Als hij een duurtraining doet, rijdt hij dat met een vermogen waar anderen een intervaltraining voor nodig hebben. Dat maakt een verschil op lange termijn. Zijn basis ligt simpelweg hoger dan bij zijn concurrenten.”

Uniek herstelvermogen

Een tweede pijler is zijn herstelcapaciteit. “Pogacar kan sneller dan anderen overschakelen naar wat hij zijn ‘spaarstand’ noemt. Daardoor herstelt zijn lichaam uitzonderlijk snel van intensieve inspanningen”, legt Van Den Bosch uit. “Na zware wedstrijden of blokken kan hij meteen weer voluit trainen. Zo pikt hij trainingsprikkels sneller en beter op, waardoor zijn niveau stabiel blijft. Dat zie je zelden.”

Het resultaat is een renner die klassiekers, grote rondes en kampioenschappen op één seizoen kan combineren. Een atleet die op elk terrein meedoet om de winst. “Hij heeft een fysiek voordeel, maar ook mentaal is hij ijzersterk”, besluit Van Den Bosch. “Pogacar is niet alleen een kampioen op de fiets, hij leeft ook voor zijn sport. Dat verklaart waarom hij nu op eenzame hoogte staat.”