Een deel van de Nederlandse eenheid die naar Polen is gezonden om daar het NAVO-luchtruim te verdedigen, is drie dagen te laat aangekomen. De voorhoede reisde over de weg en kwam op tijd, maar het vervoer per trein liep vertraging op.
De luchtverdedigers reisden begin december naar Zuidoost-Polen met onder meer Patriot- en NASAMS-luchtafweerraketten en dronebestrijdingswapens. De Nederlandse eenheid bewaakt daar een vliegveld dat dient als knooppunt voor de hulp aan Oekraïne. Het vergde een flinke verhuizing per spoor, over de weg en door de lucht.
Al tijdens het Nederlandse deel van de treinreis ging het mis, zegt commandant Wesley Dijkshoorn tegen persbureau ANP. Ander spoorvervoer kreeg voorrang. Eenmaal in Polen stokte het konvooi door verscherpte beveiligingsmaatregelen.
De al aangekomen militairen konden met hun materieel de missie wel tijdig opstarten, zegt Dijkshoorn. “We hebben gewoon wat harder gewerkt”, zegt zijn tweede man, majoor Thijs.
Militair transport krijgt vanaf komend jaar voorrang op het spoor. Op dit moment moet militair vervoer op het spoor passagiers- en goederentreinen voor laten gaan.
